Marijke Vos
Marijke Vos Psyche 6 jun 2019
Leestijd: 9 minuten

Een eerlijk verhaal over wat 10 dagen in stilte zitten met je doet

Per dag negen uur mediteren en dat tien dagen lang, zonder contact met anderen. Niet fysiek, niet verbaal, geen oogcontact, niets. Inmiddels heb ik voor de derde keer een tiendaagse ‘gezeten,’ zoals het onder Vipassana-beoefenaars wordt genoemd. Waarom begon ik daar ook alweer aan? Ik weet het eigenlijk niet precies. Een vriendin vertelde erover en zij is zo’n succesvolle creatieveling, vroegwijs en kalm. Woorden als meditatie, afzondering en innerlijke vrijheid werkten aanstekelijk. Ik werd nieuwsgierig en eerlijk: ik wilde het ook gewoon graag een keer gedaan hebben. Zou ik me even dapper voelen als ik dat zou kunnen. Ik zag mezelf er naderhand over vertellen, waarschijnlijk aan de bar.

Laat het gebeuren

Dus daar ging ik voor het eerst, vier jaar geleden. Las vooraf de site van Dhamma even door. Zocht nog op wat meditatie precies inhoudt. In de bieb vond ik er een boek over, waarin onder andere stond dat je kan proberen in gedachten tot honderd te tellen. Dat heb ik de week voor ik vertrok geoefend. Tot een vriend, die net een tiendaagse volbracht had, zei: “Laat het nou gebeuren. Je kan je niet voorbereiden, je moet het ondergaan.”

Dit vind je misschien ook interessant: Ik ging voor het eerst in mijn leven naar een yogaretreat. En dit is wat ik ervan vond

En ik onderging het. Het dagprogramma was simpel. Tussen half vijf ‘s ochtends en negen uur ‘s avonds mocht ik negen uur per dag mediteren, zittend op een mat in de Dhamma Hall met zo’n honderd anderen, daartussen pauzes houden (rondjes lopen of op bed liggen), minimaal eten (eenvoudig maar lekker en vegetarisch), en naar lezingen luisteren, iedere avond anderhalf uur.

Leren hoe je verder kunt leven

Op de derde dag werd er in de lezing het volgende verhaaltje verteld: “Gautama de Boeddha visiteerde tijdens zijn leven waarin hij Vipassana onderwees een stad in het noordoosten van India. Een vrouw kwam in tranen met haar juist overleden kindje op haar arm bij Boeddha langs en smeekte hem een wonder te verrichten. Haar kind moest weer gaan leven, haar verdriet was ondraaglijk, het leven had voor haar geen zin meer. Boeddha zei: ‘Oké, ik kan kijken wat ik kan doen, maar jij moet mij eerst iets brengen. Ik heb twee stengels van de sesamplant nodig. Ga de huizen in de stad langs en vraag hierom. Maar: het mag alleen uit een huis komen van een familie waarin nog nooit iemand is gestorven.” De vrouw klopte op deuren, vroeg overal om de sesamplant, maar had geen succes: bij ieder huis was er wel eens iemand doodgegaan. Met lege handen kwam ze bij Boeddha terug. ‘Ziet u,’ zei hij, ‘de dood is overal. Pijn is overal. Toch stopt het leven van de overlevenden niet. Ik kan je leren hoe je verder kan leven.’ De vrouw liet zich in Vipassana onderwijzen. Ze leerde niet zonder misère te bestaan, maar met wijsheid over de realiteit.”

Oké, aannemelijk, dacht ik. Maar, goh. Wijsheid over realiteit? Behoorlijk abstracte woorden. Wil je dat horen als je kind is gestorven? Ik kon het me moeilijk voorstellen. Ik kon er vragen over stellen aan de teacher, als ik wilde. Nee, te moe, besloot ik. Eindelijk naar bed. Dag drie had ik gered. Ik was er nog.

In lotushouding

Toen de vierde dag. Daar zat ik, zo goed als het lukte in lotushouding. Mijn knieën ver omhoog, aan beide kanten drie kussens eronder. Niet zoals de yogi’s netjes op de grond zonder enige steun of wat dan ook. Mijn rug naar links hellende als een ingezakte harmonica, tintelingen in mijn tenen, slapende schenen, kloppende heupen, rommelende darmen, kramp in mijn schouder, ondraaglijke pulsatie in mijn rug, daar precies waar de scoliose leek aan te vangen bij wervel nummer C7, en doodsheid in mijn handen. Mijn handen leken niet meer in mijn schoot te liggen. Op zich kwam dat goed uit, want ik mocht er niet mee aan mijn neus krabben. Terwijl ik dat heel graag wilde, even krabben. Mijn neus jeukte onmenselijk.

Nee, krabben was uit den boze. want het was het eerste uur van de Seating of Strong Determination. Je mocht niet bewegen. Je handen niet, je voeten niet, je mocht je ogen niet openen, je mocht niet reageren op welke prikkel dan ook.

Sluiks keek ik om me heen, zocht ik troost bij mijn medecursisten. “Jullie redden dit uur toch ook niet!”, riep ik in stilte. Fout. Mijn medecursisten zaten rechtop, de ogen gesloten, een glimlach op hun smoel. Sommigen hadden een plankje gehosseld voor hun rug, daar zaten ze overheerlijk tegenaan. Zij wel. Diepe haat werd mij meester. Snel deed ik mijn ogen weer dicht.

Wederom klonk de teacher door de luidspreker: “Put your attention through all the parts of your body from head to feet, from feet to head. And against all the sensations you experience along the way, maintain perfect equanimity. Peeerfect eeequanimity with the understanding of the law of impermanence.” Goed. Oké, dacht ik. Nu ik er toch zit. Ik zit er nog steeds. Nog maar een keer proberen.

Lees ook: Voor iedereen die wil beginnen met mediteren: 5 basisinzichten die je kunnen helpen

Dus ik ging weer met mijn aandacht langs de binnenkant van mijn lijf. Het werd een soort wandeling met mijn geest, waarbij ik ieder plekje van mijn lichaam bezocht. Ik moest toegeven, in de afgelopen vier dagen leek de storm aan gedachten in mijn hoofd te zijn gaan liggen, en mijn concentratie toegenomen.

Overal waar ik met mijn aandacht kwam gebeurde er iets. Boven mijn oren, in mijn vingertoppen, rond mijn navel: kleine sensaties. En ook grote, redelijke, verschrikkelijk pijnlijke, af en toe overheerlijke sensaties. Het wemelde van gewaarwordingen, op alle niveaus.

Maar hoe langer het me lukte om mijn aandacht op die sensaties te richten begon ik het volgende te ervaren: de sensaties veranderden. Werkelijk. Pijn trok weg. Jeuk trok weg. Vibraties trokken weg. Niets bleef. Niets hield stand. Alles kwam, en ging weer weg. En kwam weer terug, en ging weer weg.

Alles trekt weg

Euforie overmande me. Na die dag kon ik zonder kussens onder mijn knieën zitten. Uren, zonder te bewegen. De donkere plek in mijn rug verdween. Mijn handen leken gevuld met dons, zo zacht als ze waren. Wijsheid alom: pijn, daar kan je doorheen! Hoe simpel bleek het te zijn! Die mevrouw waar de Boeddha het over had, die moest er ook gewoon doorheen! Alles. Trekt. Een. Keer. Weg.

Ik begon me op pijn te verheugen, want dan zou ik mezelf eens even een lesje leren en laten zien wat ik dragen kon, en dus kon oplossen. Sterker nog, ik kreeg er een wonderlijke staat van trilling voor terug, heerlijke golven van liefde trokken door mijn cellen. Ongelooflijk lekker. Alsof ik MDMA had genomen. Dat wilde ik wel weer opwekken. Ik stuiterde van geluk! Weer fout. Die wonderlijke staat verdween, kwam niet terug. Daar zat ik dan, zinloos de boel op te wekken.

Toen drong wat reeds dagenlang in de lezingen verteld was tot me door. Lichamelijke sensaties zijn tijdelijk. Ons lichaam is continue in beweging, continue aan het regenereren. Dat is nou eenmaal de wet van de natuur. We bestaan uit ontelbare losse deeltjes, die steeds met elkaar in verbinding staan, steeds aan het werk zijn. Geen nagel is een minuut hetzelfde. Geen haar, geen millimeter huid, maar ook geen water, geen vuur, geen lucht en geen aarde. Alles in ons, op ons en om ons heen is continue aan het veranderen.

En toch, ook al weten we dit, we zien immers dagelijks de zon opkomen en weer onder gaan, blijft onze geest zich aan die momenten van sensaties hechten. We hebben er een oordeel over: we vinden de sensatie prettig, of juist niet. Wie wil er nou een zwaar leven. Vol nare sensaties. Wie zoekt geen erkenning en liefde? Dat voelt zo fijn! Sommigen willen een mooier huis, net zo’n mooi huis als dat van een ander, anderen willen hun gestorven dierbaren terug. Of hun verwoeste land. We willen een sensatie wel, of we willen een sensatie niet. We willen het in ieder geval continu.

Altijd maar dat spel

Fucking geest. Altijd maar dat spel: geest wordt zich ergens van bewust (zien, horen, voelen) en dat levert, door bijvoorbeeld herkenning uit het verleden (kwetsuur), een sensatie op. Daar reageren we weer op (we worden boos) en hup, dan zitten we gevangen in een reactie (schreeuwen), terwijl de sensatie in werkelijkheid al lang voorbij is. Raadselachtig toch, als je het zo bekijkt, hoe we ons door onze geest laten meevoeren naar iets dat niet bestaat?

Vipassana betekent letterlijk: ‘de dingen zien zoals ze werkelijk zijn’. Ah! De wijsheid over de realiteit. Ineens begreep ik dat ook. Door het observeren van die fysieke gewaarwordingen, leer je je eigen geestelijke reactie te controleren. Want als je werkelijk ervaart dat de gewaarwording niet blijvend is, waarom zou je dan reageren? Een pijnscheut is maar een pijnscheut. Je hoeft niet te vloeken. Je kan ook even wachten tot het wegtrekt.

Twee stappen vooruit, een stap terug

“En wat schiet je daar dan mee op?”, vroeg iemand me, toen ik naderhand aan de bar stond met een glas wijn in mijn hand. Ik vertelde over mentale balans. Iemand kan je negativiteit brengen, maar je kan liefdevol lachend naar diegene kijken. Je kan verliefd zijn, maar je niet laten verblinden. Je kan loslaten, omdat je beseft dat alles vergankelijk is. Het schijnt dat je een bestaan kan leiden waarin alles kalm en harmonieus voelt, zelfs wanneer er van alles vervelends aan de hand is.

Maar ook vertelde ik, dat je dan je geest wel moet blijven zuiveren. Anders vergeet je die wijsheid heel snel. Dagelijks mediteren. Je niet misdragen. Anderen geen pijn doen. Jezelf in dienst stellen van een ander zonder iets terug te verwachten. Alles wat leeft eerbieden. Dus dieren met rust laten. Jezelf niet vergiftigen. Dus nee, ook geen alcohol.

We keken naar mijn glas wijn. Glimlachend nam ik een slok. “Dhamma betekent pad”, zei ik. “Twee stappen vooruit, een stap terug. Volgend jaar ga ik weer.”

Marijke Vos werkt bij het organic kinderkledingmerk Gray Label. Ze studeert aan de schrijversvakschool.

Meer lezen over spiritualiteit?

Luister nu ook naar Bedrock

Ben je – net als wij – op zoek naar een gelukkig en gezond leven, maar zie je soms door de bomen het bos niet meer? Dan is onze podcast Bedrock Talks een perfecte match voor jou! Rosa en Lisanne interviewen in de tweede aflevering orthomoleculair voedingsdeskundige Anna de Meulmeester.

Spoiler: Anne geeft het antwoord op de vraag hoe je nou écht gezond leeft, helpt voedingsmythes de wereld uit én onthult hoe je bepaalde ziektes zou kunnen voorkomen door het eten van de juiste voeding!

Tip: Luister en volg Bedrock Talks via Spotify en iTunes & Apple Podcasts!

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Rock jouw inbox! 🤍

Elke zondagochtend met liefde gemaakt zodat jij heerlijk wakker wordt🧘‍♀️