Karin Issa: ‘Ik stopte met liefhebben wie mensen zouden kunnen worden’
Karin is 26, Nederlands met Koerdische roots, en ze woont nu meer dan twee jaar op Bali. Niet omdat ze rijk is, of een strak plan had, maar omdat ze op haar 23ste voelde: het leven mag anders. Dat gaat natuurlijk niet vanzelf, deze week deelt ze haar column over rouw na een liefdesrelatie.
Zeven maanden lang probeerde ik te overleven op Bali na zijn overlijden. Zeven maanden van denken dat als ik maar lang genoeg bleef, het ergens naartoe zou leiden. Dat de pijn zou veranderen in iets moois. Dat Bali me zou genezen.
Maar ergens waren de uitdagingen van Bali een soort comfortzone geworden. Het verdriet, de realiteit die soms zo ver van me af leek te staan, de vraag ‘wat doe ik hier?’: het was vertrouwd geworden. En toen, op een willekeurige doordeweekse dag, was het er opeens niet meer. Die gehechtheid. Die gedachte dat ik daar moest zijn. Het verdween gewoon, alsof ik letterlijk wakker werd.
We verzinnen ons eigen lijden
Ik denk dat we ons eigen lijden creëren. Niet door wat er is, maar door wat we denken dat er zou moeten zijn. We bouwen hele werelden in ons hoofd over hoe iemand ons zou moeten liefhebben, hoe ze zich zouden moeten gedragen, wie ze zouden moeten worden. En dan zijn we boos op ze omdat ze niet in onze verbeelding leven.
Ik deed dat met Bali. Ik had er een verhaal van gemaakt. Er een betekenis aan gegeven die er misschien nooit was. Alsof de plek iets voor me kon zijn dat eigenlijk in mezelf moest gebeuren. Maar dit is het ding: toen ik stopte met vasthouden aan wat Bali zou moeten betekenen, kon ik eindelijk zien wat het wel was. Gewoon een eiland. Mooi, ja. Bijzonder, zeker. Maar niet mijn externe thuis. Niet meer.
Potentieel onder druk
We doen dit ook met mensen. We zien wie ze zouden kunnen worden en dan dwingen we ze in die richting. Niet eens bewust. Gewoon door teleurgesteld te zijn als ze er nog niet zijn. Door te wachten op de versie van hen die we in ons hoofd hebben gecreëerd.
Ik merkte dat ik dat ook met mezelf deed. Na zijn overlijden dacht ik op een gegeven moment: dit is groei in actiemode. Dat ik er iets van ga maken. Dat ik transformeer in die versie van mezelf die het allemaal begrijpt en verwerkt en sterker wordt. Maar potentieel laat zich niet dwingen. Het ontvouwt zich pas als je stopt met controleren hoe het eruit zou moeten zien. Als je openstaat voor wat het wil worden in plaats van wat jij hebt bedacht op basis van illusie, op basis van wat je in je hoofd creëert.
Het moment dat je iemand echt ziet
Echte liefde heeft niks met plaatsen te maken. Of met timing. Of met hoe perfect iemand in je leven past. Echte liefde is gewoon zien wie er voor je zit. Niet de potentie. Niet wat ze zouden kunnen worden. Maar wie ze nu zijn.
Het moment dat je stopt met verwachten hoe iemand je zou moeten liefhebben, is het moment dat je eindelijk kunt ontvangen hoe ze dat wel doen.
Ik hield van een persoon. Ik verloor die persoon. En zeven maanden lang dacht ik dat Bali vasthouden hem vasthouden betekende. Maar ik hield niet vast aan hem. Ik hield vast aan een idee. Aan een verhaal dat ik had geschreven over wat het allemaal zou moeten betekenen.
Nee zeggen is ja zeggen
Bijna drie jaar. Welgeteld 959 dagen. Een yogacertificaat dat ik nooit heb gebruikt. Een astroloog die alles voorspelde wat ik niet wilde horen. En een persoon die ik verloor, wat alles veranderde. Ik begon als een 23-jarige die ‘vakantie’ nam voor een yoga-opleiding. Ik zegde mijn baan op halverwege die vakantie. Ik werd aangenomen door de yogaschool. Ik vond opnieuw liefde. Ik werkte voor zijn bedrijven. Ik leefde het mooiste soort leven met mijn favoriete persoon.
En toen was hij er niet meer.
Zeven maanden later begreep ik: ik hoef hier niet te blijven om hem vast te houden. Rouwen betekent niet blijven staan. Liefde betekent niet vasthouden aan plekken die pijn doen omdat je bang bent dat loslaten vergeten is. Nee zeggen tegen iets is altijd ja zeggen tegen jezelf. Niet op een egoïstische manier. Maar op een ‘jij bent alles wat je hebt’ manier.
Verdriet is liefde die geen plek meer heeft
Verdriet is liefde dat geen plek meer heeft om naartoe te gaan. Dat betekent niet dat de liefde verdwijnt. Het betekent dat je moet leren hem anders te dragen. Niet als een anker dat je vasthoudt aan een plek. Maar als iets wat je meeneemt, waar je ook bent. Ik leerde mezelf dat thuis geen plek is. Dat de engste sprongen leiden tot de zachtste landingen. Dat je niet kunt wegrennen van dingen, je kunt alleen je intuïtie volgen naar wat er nu is.
23-jarige ik sprong zonder te weten waar ze zou landen. Eigenlijk sprong ik weg van iets. 26-jarige ik springt opnieuw, maar deze keer spring ik naar iets toe. Niet omdat ik precies weet wat het is, maar omdat ik nu weet wie ik ben terwijl ik spring. Dat is het verschil. Niet roekeloosheid, maar vertrouwen.
Stoppen met liefhebben wat je je voorstelt
We zijn zo goed in liefhebben van wat we ons voorstellen. De perfecte versie. De versie die past in ons verhaal. De versie die doet wat we hopen.
Maar echte liefde begint pas als je stopt met wachten op die versie. Als je gewoon ziet wie er is. Wat er is. Niet wat het zou kunnen worden, maar wat het nu is. Bali leerde me alles. De ceremonies, het hartzeer, de mensen die bleven, de mensen die niet bleven, de persoon die naar de hemel is gegaan. Maar uiteindelijk leerde ik mezelf: je hoeft nergens te blijven om iets vast te houden. Je hoeft alleen maar te accepteren wat is.
En wat is, is dat ik klaar ben voor wat er nu komt.
Lees hier de column van Karin Issa over haar Eat, Pray, Love-verhaal.
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.bedrock.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F07%2Fimage.png)