Vergeet mindfulness: de zoektocht naar jezelf brengt je nergens
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.bedrock.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2020%2F01%2Fyoga-woman.jpg)
Een goed leven bereik je niet door ‘je ware zelf’ te zoeken, vindt Michael Puett – hoogleraar Chinese Geschiedenis aan Harvard. Sterker nog: oude Chinese denkers betwijfelen of ‘het zelf’ wel bestaat, en vooral of je dat ‘zelf’ dan gaat vinden in het abstracte. Op een prachtige zaterdagmiddag sprak Puett in de Westerkerk in Amsterdam over wat we kunnen leren van Chinese filosofie en het doorbreken van patronen. Om écht een ‘beter mens’ te worden.
Michael Puett werd onlangs verkozen tot meest populaire docent van Harvard. Hij laat in zijn lessen zien dat de Chinese filosofie totaal anders naar de wereld kijkt dan wij hier in het westen. ‘Het goede leven’ is niet het nastreven van een plan de campagne of grootse life goals, maar het gaat om het bewandelen van De Weg. En zo heet zijn boek ook.
Luister ook: Bedrock Reads: Bedrock’s eerste luisterartikel staat nú voor je klaar
Puett refereert aan de oude Chinese filosofen Confucius, Mencius, Lao Zi, Zhuang Zi en Xun Zi. Deze denkers tarten de antwoorden op de vraag hoe je een beter mens kunt worden, zoals we die nu vaak proberen te vinden. We denken dat we er goed aan doen om naar binnen te kijken, onszelf proberen te vinden en te bepalen welke vorm ons leven moet aannemen. We zoeken eindeloos naar welke carrière daarbij het beste past, welke partner… Want als we die soul mate en de perfecte baan gevonden hebben, kunnen we gelukkig worden. Dan kunnen we ons ‘ware zelf’ zijn. Maar gekeken naar de Chinese filosofie beperken die denkbeelden ons, zegt Puett. Het is juist beter om het ‘zelf’ te overstijgen. Om het te breken, zodat je écht een beter mens kunt worden.
Mindfulness
Steeds meer leren we hier in het westen naar binnen te kijken als je je leven wilt beteren, maar onze oude Chinese vrienden zijn daar sceptisch over. Hoe we bijvoorbeeld mindfulness in het westen proberen te beoefenen, is het tegenovergestelde van hoe het oorspronkelijk bedoeld is, stelt Puett in NRC Next: “Mindfulness is gebaseerd op de boeddhistische gedachte dat je moet onthechten en geen oordeel moet vellen, opdat je innerlijke vrede vindt. Maar je ontwikkelt je niet door je terug te trekken uit de wereld en te mediteren. Het vredige gevoel dat je dan eventjes hebt, verdwijnt toch weer zodra je met de buitenwereld in aanraking komt. Door juist naar buiten te kijken en de interactie met jezelf en de ander te verbeteren kun je als mens verbeteren.”
De kracht van oude Chinese denkers (en dus ook van de lessen van Michael Puett op Harvard) is dat ze hele concrete, duidelijke voorbeelden gebruiken om in het dagelijks leven toe te passen. Volgens hen zijn we veelzijdig, messy en ontwikkelen we ons juist door naar buiten te kijken.
Ook interessant: De keerzijde van mindfulness en meditatie (we verleggen het maatschappelijke probleem)
Onze persoonlijkheden vormen zich door alles wat we doen, door ons gedrag. Hoe we met anderen communiceren, onze reacties op dingen die gebeuren, wat we najagen. Als je met je moeder belt, gedraag je je anders dan als je je stagiaire aanstuurt op kantoor, een praatje maakt met de tandarts of de diepte in gaat met een goede vriend. Je hoeft niet één ware ‘ik’ te zijn.
We kunnen nogal blijven hangen in onze zoektocht. We leren delen van onszelf accepteren die we eigenlijk best zouden kunnen veranderen. Accepteren betekent niet per se dat je je ergens bij neer moet leggen. “Sommige mensen zien zichzelf als een driftig of opvliegend persoon. Ze zeggen tegen zichzelf: ‘Ik ben nu eenmaal zo.’ Maar de Chinese denkers zouden je afraden zo te denken. Zij wijzen erop dat je door een ingesleten gewoonte zo bent geworden en dat je zelf hebt besloten je identiteit hieraan te ontlenen. Je bezit ook het vermogen om vriendelijk of aandachtig te zijn en je zou best nieuwe gedragspatronen kunnen ontwikkelen,” vertelt Michael Puett aan NRC Next.
Patronen doorbreek je met rituelen
Oude Chinese denkers benadrukken dat verandering alleen plaatsvindt als we beginnen met aardse, bereikbare zaken. Confucius leert ons dat bepaalde rituelen transformatie kunnen bewerkstelligen, omdat ze patronen doorbreken waarin we zijn vervallen. En dat gaat eigenlijk vooral over kleine dingen.
Je dagelijkse contacten bijvoorbeeld. Je doorbreekt al een patroon als je bijvoorbeeld iets irritant vindt, maar wél glimlacht naar iemand. Ook als iemand vraagt: ‘Hoe is het met je?’, en je faked: ‘Goed!’ (terwijl je je zwaar belabberd voelt), creëer je een kleine break van de realiteit.
Door te ‘doen alsof’ het goed met je gaat, je soms in te houden direct je oordeel uit te spreken of je te verplaatsen in een ander, transformeer je op dat moment in iemand die wél aardig is of ruimdenkend of empathisch. Als je deze ritueeltjes keer op keer beoefent, gaat je gedrag je gevoel controleren in plaats van andersom. Op lange termijn word je dan ook daadwerkelijk aardiger en ruimdenkender. Kortom: een beter mens.
Uiteraard is hier de nodige training en Oosterse precieze en geduld voor nodig. In zijn boek De Weg, dat hij schreef met Christine Gross-Loh, inspireert Michael Puett ons tot concrete, haalbare veranderingen in onze manier van werken, opvoeden en relaties aangaan. Voor een écht goed leven dus.
Meer lezen?
- Dit is hoe mindfulness oorspronkelijk bedoeld is
- De Mindful Single-met-kerst Survival Guide
- Eindelijk: een mindfulness guide voor dummies