Ik vond psychologen voor mietjes. En toen zat ik ineens zelf in die wachtkamer
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.bedrock.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2016%2F08%2Fpexels-photo-3375230-e1646322812320.jpeg)
Liegen was een tweede natuur; alles ging op de automatische piloot én dat ging, zo maakte ik mezelf wijs, allemaal prima. Tot een dinsdagmorgen in de vroege lente van dit jaar. Mijn leven was een bende. En het was allemaal m’n eigen schuld. Mijn liefdesleven lag in puin, er stonden deurwaarders op de stoep en mijn lijf was meer dan overwerkt. Maandenlang leefde ik voor mezelf en voor mezelf alleen. Liegend tegen mijn familie, mijn vriendin en mezelf.
Wie is gelukkiger: een introvert of extravert? Een psycholoog legt uit
Tot het kaartenhuis ineen viel. Leugens naar m’n vriendin werden moeizame bekentenissen. Maandenlang genegeerde blauwe betaalherinneringen werden dwangbevelen. Luchtige bezoekjes aan mijn familie werden een gedwongen vraag om hulp. Allemaal op één dag. Het voelde alsof de stoelendans van leugens eindelijk was gestopt. En ik had voor het eerst sinds jaren geen stoel gevonden. Ik was bang.
Verdwaald in m’n eigen hoofd
Ik ben grootgebracht onder de rook van Rotterdam in een stadje dat geografisch tegen het Westland schuurt. Tussen koopzondag en kassenbouw, zeg maar. Ondanks het feit dat ik opgroeide in een gezin waar liefde en openheid centraal staan, is die regio nu niet bepaald een omgeving waar psychologische hulp een kroegonderwerp is.
Bij problemen gooi je je kop omhoog, je schouders naar achter en zet je één voet voor de ander. Niet lullen maar poetsen. Simpel. Ik kende niemand die ooit een psycholoog had bezocht. Dacht ik. Dat was voor andere mensen. Zwakkere mensen die zichzelf niet konden redden.
Zo vind jouw purpose ofwel jouw ultieme levensdoel (een psycholoog vertelt)
Maar nu, op die dinsdagmorgen in de staart van april, wist m’n ego niet meer hoe ‘ie dit recht kon lullen. En dat kreng zat normaliter nooit om een excuus verlegen. Ik was verdwaald in m’n eigen hoofd. Tegen m’n ouders en zusje hoorde ik mezelf huilend zeggen dat ik niet meer wist wie ik was.
En hoe melodramatisch dat nu op papier klinkt; zo voelde het echt. Als je jarenlang over van alles liegt, wordt dat een tweede natuur. En nu was m’n eerste natuur zover in de achteruitkijkspiegel verdwenen dat ik ‘m niet meer kon zien.
Met iemand gaan praten
“Misschien moet je dan toch maar met iemand gaan praten.” Mijn moeder bevestigde wat ik ergens al wel wist. Na anderhalve week ijsberen in huis, googelde ik ‘psychologen Amsterdam’.
Toegegeven; ik was bang. In eerste instantie om het belletje te plegen. Want wat zeg je tegen zo iemand? “Hoi, ik heb er een ongezien zooitje van gemaakt en ik heb geen idee hoe ik hier uit kom. Help?”
Doorsnee doktersafspraak
Uiteindelijk besloot ik het hele gebeuren maar te zien als een doorsnee doktersafspraak. Op een zakelijke toon vertelde ik dat ik problemen had. Of ik langs kon komen. De stem aan de andere kant van de lijn klonk ‘psycholoog’-ish. Zacht, warm en begripvol.
In m’n hoofd sloeg direct alles op slot. Dit softe gedoe is niets voor mij. Ik ben een nuchtere, zelfverzekerde vent. Ik heb geen hulp nodig. Toch? Een week later zat ik toch in die wachtkamer. Aan de andere kant van de muur hoorde ik gehuil. Even later kwam er een volwassen man met rode ogen de kamer uit.
Maar ondanks het feit dat ik de man net had horen huilen als een zuigeling, scheen er over zijn gezicht een waas van opluchting. Dat ik zelf een uur later met zo’n zelfde waas de deur uit zou lopen, wist ik toen nog niet.
Dit is een vierdelige serie over mijn sessies bij m’n psycholoog. De reden waarom ik dit deel is omdat ik hoop dat mijn verhaal anderen wellicht kan helpen de stap te zetten. Zo eng is het niet en als het mij kan helpen, kan het dat jou ook.